Zaterdag bezoek gebracht aan de Hermitage. Natuurlijk weer veel trein-mis-organisatie op de heenweg, zodat ik altijd flashbacks krijg van oorlogfilms: overvolle stations, rennende mensen, volgepropte treinen waarvan de deuren nauwelijks dicht kunnen met zwaar -zwalkend optrekken, maar rond 12 uur was ik dan toch in Amsterdam: het Centrum van Alles en het voelt gelijk anders: vol van energie en leven. En mijn zoon woont er zelfs sinds januari, hoe leuk!
De Hermitage: oud gebouw, prachtig vernieuwend gerenoveerd en mijn museumjaarkaart was nog net 3 dagen geldig! Dat komt ervan als je alleen maar bezig bent met kunst van een ander: het Pand en de workshops. Maar deze kunst van anderen was een verademing. Zo oud, zo mooi en lichtgevend: hoe deden (doen) die Russen dat? Even rondgekeken, duur broodje van €7,50 gegeten (Dat viel me tegen, de kick voor mij is altijd dat ik het hele land doorreis met mijn vrij reizen-kaart en dan, met museumkaart in de aanslag het liefst meer musea bezoek en de hele dag alleen maar 1 kopje koffie koop. ) Rondleiding gehad. Gaandeweg werd het steeds maar heter in de expositieruimte: de verwarming was defect! Hopelijk loopt de eeuwenoude ei-tempera niet van de kromgetrokken panelen af. Nog niets over in het nieuws gelezen dus misschien viel het allemaal nog mee. Afspraak met Peter gemaakt voor over een kwartier en intussen toch maar eventjes in de winkel daar gekeken en een kant en klaar handboek gekocht hoe die iconen te schilderen. Veel hetzelfde als de Thangka’s maar eindelijk de juiste verhoudingen gevonden wat betreft kalk-ondergrond. Tharphen zei tijdens zijn les alleen: “doe maar, probeer maar, het moet een beetje plakkerig aanvoelen.” Tja: “een beetje plakkerig” is voor ons Nederlanders (in ieder geval voor mij) een manier om af te haken na klonten-vol gesmolten lijm te hebben weggegooid. Ik moet gewoon een kookboek hebben waarin staat: 8 kopjes water, 1/3 kopje lijm, dit een nachtje laten weken etc. Mooi laten inpakken in cadeaupapier en schuldig maar tevreden op weg naar Peter. Lekker zitten kletsen in een café-tje. Het gaat heel goed met hem: opdracht van Pro Rail om led-lampjes op stations te plaatsen, veel geld in en uit. Opeens springen grote bedrijven (Philips) als vlooien op dit bedrijfje vol met ongevraagde adviezen, doel: een vinger, liefst alle, in de pap. bah. Hij is gelukkig slim genoeg om ze van zich af te slaan. Goede man-adviezen over de bijna 19-jarige andere zoon: “Wil-ie niet in het buitenland gaan werken en €200,- van me krijgen? Wil-ie liever depressief op bed liggen roken? Best! Het is ZIJN leven. Als jij hem steeds op je nek neemt komt hij er nooit zelf uit. Dat is niet gezond om op die leeftijd op je moeder te blijven leunen.” Ik ga het proberen, kost moeite zoals zoveel…..
Zondag opeens over een blokkade heen, lijkt het wel tot nog toe. Lapje linnen voor de Tara-thangka (al maanden geleden getekend) opgespannen tussen latjes, Twan Vermeer ruw opgezet op ook al maanden geleden kant- en-klaar gemaakte ondergrond. Ik ga hem gewoon schilderen en opsturen naar zijn adres ook al heeft-ie mijn mail geblokkeerd. Weet nog steeds niet waarom. Dan heb ik hem in ieder geval gemaakt, anders blijft zoiets sucken en belemmert de volgende creatieve impuls. Leer veel van het boek (en de film) van Andy Goldsworthy, een landschaps-kunstenaar die werkt in en met de natuur. Hij brengt een paar vormen aan (cirkel, vierkant, ei-vorm o.a.) in het landschap met materialen uit dat landschap. Hij gaat mee met de aanwezige energie, observeert, voelt en registreert zonder oordeel. Het is verschrikkelijk Zen en ik smul van zowel zijn denken en handelen (vooral tijdens tegenslagen) als van het eindresultaat in foto’s. Ik herken hetzelfde gevoel wat ik had uit de tijd dat ik Monument voor Moeder Aarde maakte: de eerbiedige verbazing als een ding wat je zelf gemaakt hebt een eigen leven gaat leiden: de geur, het zachte smelten en druppen van de ijsschaal er binnenin. De aarde zou geen bewustzijn hebben? Belachelijk!