Verleden week zaterdag op de vrijmarkt in Groningen een superdag .
Mooi weer.
Gerhard en Marga kwamen om klokslag 6 mij ophalen en met fietskar vol onverkoopbare kunst (dachten wij) op naar de Praediniussingel. Altijd al de beste plek geweest voor de verkoop, waarom weet ik niet. Halverwege begaf de provisorisch gemaakte verbinding tussen fiets en fietskar (zie een vorig blogartikel van mij) het, maar we kwamen er toch. Alles vol. Mannen in oranje pakken dirigeerden ons naar een achterafstraatje wat wij niet pikten en op goed geluk toch maar de al afgegrendelde straat in reden. Vlak bij de museumbrug zagen we een open stukje met 1 fiets. Fiets bij een blok andere fietsen gepoot en ons gordijn en vreselijke spullen uitgestald. Wij vinden onszelf (zie: atelierpand49.nl) onderhand een gerenommeerde galerie worden, maar soms krijgen we opeens een gift in de vorm van heeeeeel veel schilderijen en lijsten van een overleden moeder die ook aan kunst deed (er staat nog een komplete schuur vol op ons te wachten) “om iets mee te doen” ofzo. Doe er maar wat mee. Ja, wat? Gewoon uitdelen tijdens een leuke avond aan de bij-ons-horende-kunstenaars was niet de bedoeling. Wat dan? “Iets ten goede aan het Pand” Oke. Nou, dan maar op goed geluk het gaan verkopen op de vrijmarkt, toch? En ja het was geweldig! Mede door de TOP-locatie waar we zaten: vlak bij de museumbrug die ieder half uur een horde toeristen uitbraakte: buitenlanders, Duitsers, studenten ook veel. De gekste dingen vonden ze mooi. Eerlijk gezegd heb ik sindsdien niet meer zo’n hoge dunk van de smaak van het doorsnee-publiek: Veel kleur, afschuwelijk kitsj in de vorm van landschapjes, je kent genre het wel, de zigeunerin en het huilende jongetje hadden we al verloot, maar Jezus wat een slechte smaak heeft “het volk”. Een redelijk lief eekhoorntje voor studenten: “Maar we willen ook nog een landschap voor boven de bank!”Dus witte brug met rechtop groene grassprieten ging voor een €5,- ofzo over de toonbank. Gerhard: “Als u deze 2 landschappen neemt krijgt u deze er gratis bij!”(=een foeilelijk donkerbruin Drents hutje met geen enkele kleurnuance) En ja, hoor. Daar ging het! Vooral donkere mensen, Indische of Thaise, vonden de veelkleurige schilderijen schitterend! De lijsten verkochten ook redelijk goed zodat er, tijdens onze volgende portret-workshop geen enkele meer over was gebleven om “de lege ruimte om een portret” te demonstreren. Tja, je kunt ook TE hard werken! Maar het was niet echt “werken” het was vooral: Leven. Gerhard had een kindergitaar voor 2 euro gekocht en zat verderop dit geld al krakkemikkig spelend weer terug te verdienen. Met een mandje vol oud buitenlands geld wat Marga wilde verkopen erin om te tonen dat er al mensen geld hadden gegeven. Echt lachen, hoor! Marga verkocht nog een ikoon wat haar vader nog had geschilderd voor €100,- Ze had het alleen meegenomen om de pigmenten te laten zien waar het mee gemaakt was. Zij was trouwens so wie so veel zakelijker dan ik. Verkocht terwijl ik weg was (even naar het museum. Niet om blij van te worden: de herenliefde weer pontifikaal in beeld in telefooncel etc. Word daar zo moe van) een tas met oude Donald Ducken voor €20,- en een aquarel van Neuschwannstein . Ook voor €20,-. Ik blij. Gaat gelijk naar het spaar-enveloppe met geld voor het boek van Li Gotami.
’s Avonds de rest van de lijsten, echt niet veel, een stuk of 10, bij Mamamini voor de deur gepoot en moe maar zeer voldaan naar huis. Iedereen blij: veel mensen met rotzooi aan de muur, wij met €55,50 aan geld voor het pand. (Een mooi getal trouwens) We moeten wel opschieten met de rest in die onbekende schuur: in 1 landschapje zat het weer, dat was toch teveel voor dit niet-erg-kritische publiek: onverkoopbaar.